Autoshow

p029_KIM_1017

Een Zwitsers Kiwanis-lid is helemaal gek van oldtimers en antieke benzinepompen.

Tekst en foto’s: Kasey Jackson

Martin Jaggi zit in zijn kantoor in het Energy Park-museum in de Zwitserse stad Laupersdorf, een glimlach op zijn gezicht.  Iemand maakte net een opmerking over het adembenemende uitzicht dat hij heeft: een uitgestrekt grasveld, perfect verzorgd, verdwijnt bijna uit het gezicht, glooiend in de richting van het Juragebergte, gelegen ten noorden van de westelijke Alpen.  Het hoeft geen betoog dat het heel erg groen is.  Dit alles tegen de achtergrond van een blauwe lucht, waarin geen wolk te bekennen is.

_DSC3776
Martin Jaggi is lid van de Kiwanis-club van Oensingen-Bechburg.

“Dit is wel perfect, ja,” zegt Jaggi.

Maar de bezoekers aan het Energy Park-museum komen niet alleen naar Laupersdorf voor het mooie landschap buiten.  Ze zijn ook geïnteresseerd in wat er zich binnen in dit gebouw bevindt, op de etages onder Jaggi’s kantoor.

“Ik verzamel benzinepompen,” zegt hij.  “Ik heb er een heleboel.  En ook auto’s.”

Dat dit zacht uitgedrukt is, zie je meteen als je de twee verdiepingen tellende toonzaal binnengaat, die het grootste deel van de ruimte in het enorme gebouw inneemt.  Het gebouw is de thuisbasis voor Jaggi’s verschillende activiteiten: het automuseum, evenementenplanning en reclame.  Dat alles komt goed van pas als de Kiwanis-leden in het nabijgelegen Zofingen hulp nodig hebben bij de voorbereiding van hun jaarlijkse jazzfestival (zie “All That Jazz”, september 2017).  Jaggi helpt met de logistiek van de bands en zorgt voor de publiciteit en de promotie van het evenement.  Maar als je hier binnen bent, in deze ruimte waar Jaggi de scepter zwaait, is de kans groot dat je komt voor de auto’s.

Hoe komt hij aan al die spullen, waar heeft hij ze gevonden?

“Toen ik 15 was, begon ik benzinepompen te verzamelen, want niemand anders was erin geïnteresseerd,” zegt hij lachend.  “Ik zag een pomp uit de Verenigde Staten, in art deco-stijl, en ik vond hem fantastisch.  Toen ben ik ze gaan verzamelen.”

_DSC3672

Jaggi denkt dat er in Europa niet veel mensen zijn die benzinepompen verzamelen of verzameld hebben.  En er zijn niet veel mensen met een verzameling die kan tippen aan de zijne.

“Ik heb meer dan 600 benzinepompen,” vertelt hij.  “Volgens mij is het een van de grootste verzamelingen ter wereld.  Ik heb benzinepompen uit elk decennium.  Er zijn mensen die alleen pompen uit de jaren 30, 40 of 50 verzamelen, maar ik verzamel ze uit al die perioden.”

Jaggi heeft acht jaar lang een kleiner museum gehad in een dorp in de buurt, maar al gauw werd die ruimte te klein voor zijn verzameling.

“Ik kreeg 150 benzinepompen van een verzamelaar,” vertelt hij.  “Hij was al ruim 80 en schonk mij zijn hele verzameling, omdat er niemand anders geïnteresseerd was in benzinepompen.”

In de loop van de jaren kreeg Jaggi meer benzinepompen geschonken.  En auto’s.  Mensen willen graag dat anderen ook genieten van hun verzameling, zegt hij. Daarom vragen ze of ze hun spullen mogen schenken aan Jaggi’s Energy Park.  Het is moeilijk om nee te zeggen als je gratis een stuk aangeboden krijgt.

_DSC3689

“Ik ben verzamelaar, geen autohandelaar,” zegt hij.  “Vorig jaar kreeg ik negen gerestaureerde auto’s van een man die naar een verzorgingshuis moest.  Negen auto’s!  Hij zei tegen me: ‘Wat moet ik met mijn auto’s?  Ik wil graag dat de mensen ze kunnen zien.’”

Hij loopt door de toonzaal en vertelt over zijn auto’s.  “Ik ben begonnen met een paar Studebakers.  Die zie je niet zo veel, hier in Zwitserland.  Voor mij zijn dit de beste auto’s, het beste ontwerp.  Toen ik 17 was, kreeg ik mijn eerste Studebaker uit de Verenigde Staten.  Ik ben eraan gaan knutselen en heb hem gerestaureerd.  En nu hebben we een museum, waar iedereen ze kan zien.”

Met zo veel keuze zou je denken dat het moeilijk is om een favoriet aan te wijzen.  Maar Jaggi vertrekt geen spier bij die vraag.  Hij aarzelt geen moment.

“Mijn lievelingsauto?” zegt hij.  “Ik heb er twee.  De Mercedes 300 SL en de Facel Vega2. Die laatste is heel zeldzaam;  Er zijn maar 182 van deze auto’s gebouwd.  In 1964 was het de snelste auto ter wereld.  En de Mercedes 300 SL is er in twee versies: De Gullwing en de cabriolet. Ik heb er twee.  De andere staat bij me thuis.”

Jaggi bezit ongeveer 50 auto’s.  Verder bestaat de verzameling onder meer uit een Panhard Dyna X-86 uit 1950, een Packard Viktoria Graber cabriolet uit 1932, een Studebaker Champion uit 1951 en een Citroën 15 Six uit 1950.

Maar hoeveel vragen over auto’s hij ook krijgt, hij brengt het gesprek steeds terug op de benzinepompen.

“Ze zijn zo mooi ontworpen,” zegt hij, terwijl hij naar een benzinepomp van het merk Polly wijst, die helemaal uit Indiana komt.  “Het is echt design.  De pompen van na 1980 zien er allemaal hetzelfde uit.  Maar de oude benzinepompen zijn prachtig.”

1 comments

  • I have a citroen 15 six worblaufen you could be intererestid.
    Only 15 are produced and only 2 remain.
    The otherone is blue and sold to switzerland mine is white
    It is the 4the one produced i have it sinds 1984.

    Like

Reacties zijn gesloten.